Viertal leden Damclub Winschoten actief bij NK-sneldammen

Zaterdag 8 juni stond de finale NK-sneldammen voor alle categorieën op de damkalender van de Koninklijke Nederlandse Dambond (KNDB). De welpen, pupillen, aspiranten, junioren en senioren trokken daarvoor zaterdagmorgen naar het Nationaal Denksport Centrum (NDC) “Den Hommel” in Utrecht. Als basis bestonden de groepen uit maximaal 24 spelers, die zich via een zogenaamd plaatsingssysteem bij de provinciale kampioenschappen konden plaatsen voor deze titelstrijd. Na 6 ronden “Zwitsers systeem” vond een hergroepering plaats, namelijk nummer 1 t/m 8 in de A-finale, 9 t/m 16 in de B-finale en nummer 17 t/m 24 in de C-finale. De senioren waren, behoudens de dames, ondergebracht in drie ratinggroepen, namelijk groep C tot 900 punten, groep B van 900 t/m 1100 punten en groep A boven de 1100 ratingpunten, met als peildatum 1 juli 2023. Daarna speelde elke groep van acht spelers een zogenaamd rondtoernooi, d.w.z. dat alle spelers elkaar één keer ontmoetten. De deelnemende dames waren ondergebracht in een aparte groep. Voor iedereen gold overigens een speeltempo van “Fischer 5 basisminuten + 5 seconden bonus per zet”.

Kwartet Damclub Winschoten

Damclub Winschoten was zaterdag met vier spelers afgereisd naar de “Domstad”, namelijk de welpen Albert Meezen en Bradley Kuiper beide uit Winschoten, junior Janick Lanting uit Bad Nieuweschans en senior (C-groep) Jan Starke uit Oude Pekela. Met de aantekening dat Janick, Albert en Bradley alle drie eerstejaars zijn van hun leeftijdscategorie. De 14 junioren speelden een zogenaamd rondtoernooi, waarbij Janick tot een uitstekende 50% score kwam. Jan Starke kon zijn prestatie van vorig jaar als vice-kampioen, tot 900 ratingpunten, niet consolideren en moest na de voorronden genoegen nemen met een plaats in de B-finale, waar hij eindigde met 5 punten. De welpen Albert Meezen en Bradley Kuiper konden eveneens hun prestatie bij het NK-welpen op 11 mei in Gouda (gewoon dammen) niet consolideren. Albert kwam 11 mei in Gouda tot 6 punten en scoorde nu slechts één punt minder. Daarentegen toonde Bradley duidelijk progressie en kwam tot 3 punten. Voor Albert en Bradley geldt overigens een verzachtende omstandigheid, daar beide als eerstejaars welpen tot de jongste spelers van het deelnemersveld behoorden. Albert en Bradley mogen derhalve volgend jaar wederom hun opwachting maken in deze leeftijdscategorie.